Keytoe_logo_wit_kleinCreated with Sketch.
MENU

Mijn onderburen

Keytoe20 februari 2018Gemiddelde leestijd: 4 minuten

Post

Toen ik gisteravond na een lange dag naar huis reed bedacht ik me ineens dat ik eenmaal thuis nog even mijn postvakje moest leeghalen. Ik had via PostNL begrepen dat mijn nieuwe spelletje was bezorgd. Vol enthousiasme liep ik vanuit de parkeergarage naar mijn huis om vervolgens snel mijn brievenbus open te maken. Het StarWars spel waar ik al een paar dagen op wachtte was nergens te bekennen. Teleurgesteld wilde ik mijn postvakje weer op slot doen toen ik ineens een klein handgeschreven briefje zag liggen.
 
Hallo jongelui! Op 21-2-2018 gaan wij verhuizen.

Wij gaan verhuizen

Wat? Mijn onderburen van 94 jaar oud gaan weg? Overmorgen al?! Eenmaal binnen pak ik wat te drinken en zet ik uit protest tegen PostNL een ander spel op. Tijdens het spelen blijft mijn gedachte bij de onderburen. Ik denk terug aan een gesprek dat ik een tijd geleden heb gehad met mijn onderbuurvrouw, over de Postcode Loterij. ‘Wat zou u doen, met zoveel geld?’ vroeg ik haar. Ze antwoordde zoals menig oma zou antwoorden, ze zou het geld dan verdelen over haar kinderen en kleinkinderen. Haar antwoord gaf mij geen voldoening, en dus vroeg ik door. Er moet toch iets zijn dat ze graag nog voor haar zelf óf haar man wil? ‘Ik denk dat ik meer hulp in huis zou willen’ zei ze toen. Ik kreeg een brok in mijn keel en stelde voor dat ze eens wat vaker moest aanbellen als ze hulp nodig zouden hebben. En dat deden ze, welgeteld twee keer. De eerste keer om de batterijen van hun brandalarm te vervangen, en de tweede keer om een bolletje te verwisselen.

Door deze gedachte heb ik een dubbel gevoel bij hun vertrek. Aan de ene kant vind ik het fijn voor ze, ze gaan namelijk naar een verzorgingshuis en krijgen hierdoor de zorg die ze al jaren nodig hebben én verdienen. Aan de andere kant vind ik het ook wel een beetje sneu, ik denk aan mijn eigen oma die ook op een bepaalde leeftijd haar woning verliet. Mijn oma verhuisde echter niet omdat ze het zelf wilde, maar omdat het moest.

Al snel dacht ik: morgen na mijn werk ga ik even langs met een bloemetje. Dan wens ik ze niet alleen succes met hun nieuwe woning, maar ook veel sterkte, want het zal vast niet makkelijk zijn om nog te verhuizen op je oude dag.

Hyacinten

Zo gezegd, zo gedaan. Na mijn werk ben ik naar de bloemenwinkel in de straat gelopen en heb ik niet voor een op-de-koffie boeket gekozen, maar voor een mooie pot met hyacinten. Toen ik thuis aankwam zaten ze al voor het raam te zwaaien. Dat doen ze bijna iedere ochtend én middag als ik weg ga. Ik zwaaide enthousiast terug en liep, in plaats van direct naar boven, richting hun voordeur. Ik en mijn hyacinten werden enthousiast ontvangen, ook al waren ze net aan hun toetje begonnen. Ze vonden het gezellig dat ik langs kwam en we raakten in gesprek. Na een aantal vragen betreft hun verhuizing vroeg ik aan mijn buurman wat voor werk hij vroeger heeft gedaan. Je raadt het nooit.

De man tegenover mij aan tafel was ooit één van de eerste programmeurs van Nederland, werkzaam bij Philips! Wauw! Zo blij als een kind vertelde ik hem dat ik zelf ook een programmeur ben. Zijn ogen glinsterden en we hebben het even over computers gehad. Het allerleukste vond ik dat hij zei: ‘Ja, ik heb nu zo’n laptop, dat is overigens een fractie van hoe groot die dingen vroeger waren, maar als die kapot is, weet ik gewoon niet meer hoe ik ermee om moet gaan’. Ik vertelde hem dat dat niet erg is. Ik weet het zelf ook vaak genoeg niet.

Er hangt vaak een soort misconceptie over programmeurs dat ze altijd goed met computers zijn. Ik en mijn buurman hebben in ieder geval gemeen dat we dat dus absoluut niet zijn :). Naast een hele hoop andere vragen vroeg ik hem of hij ooit met ponskaarten heeft gewerkt. Ik kreeg direct een lesje geschiedenis over hoe de eerste bug was ontstaan.

Ik wilde het liefst alles van zijn tijd als programmeur weten, maar merkte al snel dat zijn vrouw iets minder geïnteresseerd was. Ik snap het hoor, mijn vriendin wordt ook weleens gek van die technische praat.

Een bijzonder gebaar

Toen ik mij weer aan het klaarmaken was om weg te gaan, zei mijn buurman: ‘Wacht even, ik wil je iets meegeven!’. Hij liep (verbazingwekkend energiek) naar de woonkamer en kwam terug met een soort zilveren knop. Hij zei: ‘Dit is onderdeel geweest van een schrijfknop van een IBM machine die we bij Philips hadden staan. Ik kreeg hem toen ik wegging bij Philips en zou hem nu graag aan jou geven. Mag het je inspireren, van de ene generatie programmeurs op de andere!’ Ik was sprakeloos! Ik bedankte hem uitbundig en wenste ze nogmaals een goede tijd in het verzorgingstehuis toe.

Eenmaal thuis besefte ik wat een enorm gebaar dit is. Ik zal mijn onderburen missen, ook al hadden we alleen dagelijks zwaaicontact. Ooit, als ik 94 ben, hoop ik dat ook ik iets moois heb om de volgende generatie mee te geven. Ik ga er in ieder geval mijn best voor doen, dat zeker.

Meneer en mevrouw van Haastert, het gaat u goed!

PS:

Voor iedereen die na 1960 is geboren: